Maak de ziekte van het onderwijssysteem niet tot de ‘stoornis’ van het kind!

 

Er is op het moment veel te doen over onderwijs. Bijna dagelijks zijn er berichten over stakingen, thuiszitters, enzovoort. Leerkrachten staken, onder andere vanwege de hoge werkdruk. 62% van de leerkrachten, die medio 2017 meewerkten aan een onderzoek van DUO, noemen het groeiend aantal leerlingen in de klas dat extra ondersteuning nodig heeft, als belangrijkste oorzaak hiervoor.

Leerkrachten zouden gemiddeld 5 van deze leerlingen in de klas hebben. Naast de hoge werkdruk die dit oplevert, gaat al die extra aandacht voor de leerlingen met een ondersteuningsvraag, volgens 79% van de bevraagde leerkrachten, bovendien ten koste van de aandacht voor de ‘gewone’ leerling.

Dit raakt mij, als moeder van twee kinderen met een extra ondersteuningsvraag. Onder andere mijn kinderen zijn immers de oorzaak van de hoge werkdruk van leerkrachten. Daarnaast ben ik ook nogal goed op de hoogte van de regelgeving rondom onderwijs, weet ik heel goed wat mijn kinderen nodig hebben en ben ik vastbesloten te zorgen dat het onderwijs voor hen zodanig wordt ingericht dat het bij ze past.

Dus ben ik ook nog zo’n ‘lastige ouder’, wat het vak van leerkracht nóg onaantrekkelijker schijnt te maken. Bovendien gaat de aandacht voor mijn kinderen óók nog eens ten koste van de ‘gewone’ leerlingen. Waardoor de kans bestaat dat je als ouder ook op het schoolplein niet de meest geliefde persoon bent.

Uit bovengenoemd onderzoek zou blijken dat de werkdruk voornamelijk komt door al die kinderen met een extra zorgvraag. Kinderen die vroeger (voor de invoering van Passend Onderwijs) naar het speciaal onderwijs gingen. Het typische is echter dat, uit een bericht van de PO raad in november 2017, blijkt dat het aantal kinderen dat naar speciaal onderwijs gaat, juist is gestégen. Hoe kan dat, vraag ik me af. Hoe kan het dat er kennelijk zoveel kinderen in een groep zitten met een extra ondersteuningsvraag, terwijl uit cijfers blijkt dat er juist een stijging is van het aantal kinderen dat naar speciaal onderwijs gaat.

 

Zou er dan niet een ándere oorzaak zijn voor het feit dat er kennelijk zoveel kinderen een extra ondersteuningsvraag hebben? Zou een groep van 30 kinderen niet ‘gewoon’ veel te groot zijn?

Zou het onderwijssysteem niet ‘gewoon’ niet (meer) aansluiten bij de manier waarop kinderen zich ontwikkelen?

Zou het niet ‘gewoon’ heel onnatuurlijk zijn om kinderen van dezelfde leeftijd dag in dag uit bij elkaar te zetten en te proberen er op afgebakende tijden, op dezelfde manier, dezelfde kennis in te stoppen en te verwachten dat na een schooljaar ieder kind exact hetzelfde heeft geleerd?

Zou het niet ‘gewoon’ zo zijn dat een leerkracht die een hoge werkdruk ervaart, moeilijk kan zorgen voor een veilig en goed pedagogisch klimaat, wat (gedrags)problemen in de hand werkt?

Veel leerkrachten raken overspannen, zo lees ik steeds in allerlei nieuwsberichten. Dat begrijp ik en wil ik niet in twijfel trekken of bagatelliseren. Maar wat zo vreemd is, is dat leerkrachten die uitvallen overspannen zijn, een burn-out hebben.

Terwijl de kinderen die op- of uitvallen in dit onderwijssysteem, moeten worden onderzocht op allerhande stoornissen. Want met een kind dat het niet goed doet op school, uit de pas loopt, niet meekomt en/of moeilijk gedrag vertoont, moet immers wat mis zijn? Dat vind ik dus heel erg gek.

Wat mij betreft is het onderwijssysteem ziek.

De vraag is of het nog te genezen is, of dat we het moeten laten inslapen en vanuit het recht van kinderen opnieuw moeten creëren. Op de manier zoals bedoeld is in IVRK art. 28 en 29. Zodat het onderwijs aansluit bij de belevingswereld en het leerniveau van ieder kind.

Zodat de kinderen van nu hun talenten, persoonlijkheid, geestelijke en lichamelijke vermogens zo goed mogelijk kunnen ontwikkelen en op kunnen groeien tot zelfbewuste, creatieve mensen met begrip en respect voor elkaars sterke en zwakke kanten.

 

Dat lijkt mij namelijk heel gezond.

 

Blog Karin van Ooijen